Hoe vaak komt een woord voor?
Informatie die vaak nodig is, is niet alleen het aantal tekens in een cel. Bij veel taken moet u het aantal keren tellen dat een bepaald woord in een celbereik voorkomt. Je lost dit probleem op met een matrixformule:
= SOM ((LENGTH (gebied) -LENGTH (CHANGE (gebied; woord; ”"))) / LENGTH (woord))
Bevestig de matrixformule na invoer met de toetsencombinatie CTRL SHIFT ENTER. SHIFT betekent de toets die u ingedrukt moet houden om een hoofdletter te typen. Zelfs na het wijzigen van de formule moet u de formule bevestigen met deze toetsencombinatie.
Om "Bereik" te laten werken, geeft u het celbereik door waarin u een woord wilt tellen. Gebruik het woord argument om de term op te geven die u wilt tellen.
De formule telt exact de overgedragen tekenreeks, zelfs als deze zich binnen een woord bevindt. Het is hoofdlettergevoelig. De volgende afbeelding toont het gebruik van de formule in de praktijk